“En nou is het verdomme afgelopen!” baste de onzichtbare reiziger twee stoelen voor mij. “Dit is een stiltecoupé!”
Vol bewondering keek ik in de richting waar de stem vandaan kwam. En toen naar de verbijsterde vrouw met haar twee kinderen op de stoelen naast mij voor wie de uitval bedoeld moest zijn. Voor het eerst sinds de trein zich in beweging had gezet waren ze rustig.
Op mijn manier had ik ook al wat proberen te doen aan de overlast die ze veroorzaakten. Voornamelijk door heel boos naar het jongetje te kijken, als zijn moeder het niet zag. Maar dat zette geen zoden aan de dijk. De kinderen bleven krijsen en de moeder bleef haar stem verheffen om er maar bovenuit te komen. En al die tijd verbeet ik me en beraamde harde woorden zoals die van de onzichtbare reiziger, twee stoelen voor mij.
[Verbolgen pakte de vrouw haar tas en sleepte de kinderen mee naar een andere plaats in de trein. Als we niet in een stiltecoupé hadden gezeten had ik geapplaudisseerd. Maar ik ben meer van beramen, besloot ik.]
Plaats een reactie