|
De meest stompzinnige gesprekken danken we aan de mobiele telefoon en gaan over waar de bellers zich eigenlijk bevinden. Ik weiger daar aan mee te doen.
Dit als inleiding. Dan nu de omstandigheden.
’n Overvolle trein, die net ’t thuisstation binnenrijdt. Ik sta als ’n sardientje tussen tal van wildvreemde medereizigers. Dan gaat ‘r m’n telefoon af. ’t Is Brrrr. Hij staat op ’t punt om naar de markt te gaan en wacht op mij om hem te vergezellen.
“Waar ben je?” vraagt ie. Ik reageer pijlsnel op de verboden vraag.
“Je denkt toch niet dat ik zo’n hersenloze, leeglevige puber ben die jou nou gaat vertellen dat ik net Arnhem ben binnengereden?” zeg ik zodat iedereen ’t kan horen.
“Dankjewel.” zegt Brrrr. “Tot zo.”
[Tevreden stop ik m’n toestel weg. Stiekem kijk ik om me heen — maar niemand lijkt onder de indruk van m’n woorden. Zit ik uitgerekend nu in ’n coupé met acteurs.]
Plaats een reactie