|
“Toch jammer dat we mekaar alleen nog maar op dit soort gelegenheden tegenkomen.”
’t Was de meest gesproken zin, tijdens de broodmaaltijd na afloop van de herdenkingsdienst.
“Dat zeggen we iedere keer.” antwoordde ik dan. “En dat zullen we de volgende keer waarschijnlijk weer zeggen.
Ondertussen keek ik rond en beschouwde m’n familie. En stilletjes vroeg ik me af bij wie we de volgende keer deze dialoog zouden houden.
[Misschien dat ’n poule pool ’n idee is om de saamhorigheid te hernieuwen. Wie goed raadt wie de eerste hierna is, krijgt de pot.]
Geef een reactie op Cyberjunk Reactie annuleren