|
Dit klokje heeft een willetje van zichzelf. Sinds de invoering van de zomertijd heeft ie ons namelijk voor het lapje gehouden.
Nadat we het uur een eenheid vooruit hadden gezet constateerden we elke volgende ochtend dat ie zichzelf eigenhandig weer terug had hernomen naar de ouwe wintertijd. Hoe vaak we het uur-verzetwieltje ook vooruit draaiden.
We leken in een impasse verzeild te geraken, ons klokje en wij, totdat we in plaats van één uur de tijd meteen maar twaalf dertien uur vooruit draaiden. Toen leek het duivelse uurwerk tevreden. De ochtend is bij ons nu middag geworden. En omgekeerd.
[Wat het klokje van ons wil? Het is onduidelijk. Voorlopig houden we het ding scherp in de gaten. En de tijd in het algemeen, natuurlijk.]
Plaats een reactie