|
We troffen Maarten op ’t terras van De Boerderij. Hij dronk ’n flesje water.
“Hoe is ‘t?” vroegen we, wetende dat ’t antwoord niet was wat we zouden willen horen. Sinds Peter dood is, is Maarten in ’n deel van ’t leven terechtgekomen waar niemand ooit van wil weten. Hij zuchtte.
“Sommige dagen zijn beter dan andere.” zeidie. We knikten — alsof wij ’t werkelijk begrepen. In plaats daarvan bestelden we ’n chardonnay en spraken in gemeenplaatsen. Wat konden we anders? Maarten pakte ’n mentholrokertje.
“Weet je wat ’t is, jongens?” zeidie, kijkend naar de peuk. “Aan alles komt ’n eind. Ook aan ’n sigaret, als je maar lang genoeg blijft trekken.”
[“Ik had ook zuigen kunnen zeggen,” haastte Maarten zich, “maar dat had zo dubbelzinnig geklonken.”
Plaats een reactie