“Ober!” De bediende kwam meteen.
“Alles naar wens, mevrouw?” vroeg hij. Het schuine hoofd en de gevouwen armen van de vrouw waren een antwoord an sich.
“Waar komt deze thee vandaan?” vroeg ze zonder zich te bekommeren om ampele omstandigheden. De ober boog voorover naar het theezakje in het houdertje op het zilveren plateautje op de tafel.
“Uit Ceylon, mevrouw.” zei hij terwijl hij zich strekte.
“Juist.” zei de vrouw. “Ceylon. Cey-lon. Dat land heet al jaren Sri Lanka.” Ze snoof. Ze tikte met een vinger op het tafelblad. “We zijn er zelf nog geweest dit jaar.” De vrouw schoof het plateautje weg.
“Dit is ouwe thee.” De ober nam het blaadje van de tafel.
“Natuurlijk, mevrouw.” knikte die, zonder aarzeling. “Het spijt me. Ik breng u nieuwe.” Waarna hij wegliep en de vrouw tevreden achterliet.
[“Ceylon!” hoonde de vrouw nog even, onwetend wat de ober haar alsnog brengen zou.]
Plaats een reactie