Mowl

Als ik niet leef, ga ik dood.


Marcus 14:68

was

De kleren maken slechts de man, zolang er een man te maken valt. Godfried Bomans (1913-1971)

“Heeft u die garnalenkroketjes zelf gemaakt?” Brrrr had d’r op gestaan dat ik hier nog even naar informeerde toen ik bij ’t strandpaviljoen onze lunch ging afrekenen.

“Jazeker.” glom de man. “En hebben ze gesmaakt?”

Nu moest ik ‘m gaan vertellen dat niet ik maar Brrrr ’t gerecht had besteld en daarmee onze relatie blootgeven — normaal gesproken geen punt, maar iets weerhield me d’rvan. Oude, nog niet volledig afgebroken obstakels, zullen we maar zeggen. Hoe dan ook, ik paniekte.

“Nee, euh, ik heb ze niet gehad.” zocht ik ’n onmogelijke uitweg. “Ze waren voor m’n, euh, tafelgenoot.”

[De man glimlachte minzaam. Ik ging naar buiten, naar ’t voorportaal. D’r kraaide ’n haan.]

  1. Ach, Brrrr is toch Jezus niet? 😉

    {Mowl: Lucas 23:3.}

  2. The crowing rooster
    says it all.

    {Mowl: door merg & been.}

  3. Het was in ieder geval niet gelogen.

    {Mowl: da’s ook weer waar.}

  4. Een “gristelijke” strandtent?

    {Mowl: verre van.}

Plaats een reactie

Ontdek meer van Mowl

Abonneer je nu om meer te lezen en toegang te krijgen tot het volledige archief.

Lees verder

Ontwerp een vergelijkbare site met WordPress.com
Aan de slag