|
Ik bezag tevreden de vruchten mijner werken.
Nou ja — de enkele frambozen die in tweede instantie door de struiken werden gedragen, waar ’n eerdere dracht door ’n massa merels was opgevroten. (Misschien is dit trouwens de tijd en plaats om aan te tekenen dat Brrrr de heesters verzorgt, alsmede ’t net verschafte dat ’t pak gepluimde plunderaars tegenhield. Soit.)
“Eén.” telde ik. “Twee.”
Ik plukte ’t ooft en legde ’t op de tuinbank. Even keek ik naar de dagopbrengst. Dan stak ik alles ineens in m’n mond. Hup. Ik sloot m’n ogen en genoot.
[Twee stuks fruit per dag, overwoog ik, is geeneens zo moeilijk. Toch was ik blij dat we eerder niet voor watermeloenen hebben gekozen.]
Geef een reactie op peer Reactie annuleren