“Gezellig.” dacht ik nog even toen ik onderweg voor een boodschap langs een huiskamer liep die gevuld zag met mensen. Als ik beter keek schrapte ik deze gedachte.
De mensen keken ernstig. Ze stonden ergens om heen. Ik zag iemand met de arm om de schouders van een ander. Dit was beslist niet gezellig.
Terug van de supermarkt zag ik de kamer leeg. Er waren geen mensen meer. Alleen bloemen. Bloemen voor het raam. Bloemen op een dressoir. En bloemen op het deksel van de kist in het midden van de ruimte.
[Eenmaal thuis ging ik twijfelen aan wat ik had gezien. Er zat niks anders op dan terug te gaan naar de winkel. Zo komt er niks van sparen.]
Plaats een reactie