|
De rode streep vertelde me waar ik op mijn beurt moest wachten. Een lokettist was in gesprek met een klant. Ik was de eerstvolgende.
Toen het gesprek tot afronding leek te komen, kwam er een vrouw naast me, achter de rode lijn, staan. Ze leek mij niet op te merken. De klant bedankt de beambte en liep weg. De vrouw haastte zich op zijn plaats.
Verbaasd keek de klerk van de vrouw voor hem naar mij achter de streep. De vrouw zag het gebaar en draaide haar hoofd om mij te ontdekken.
“O,” speelde ze geschrokken, “U mag ook wel hoor.”
“U mag ook wel hoor” — de impertinentie! Dit zou hét moment voor een bijzonder filerende opmerking zijn geweest waardoor ze het voor de rest van haar leven uit haar botte hoofd zou hebben gelaten om voor te kruipen. “U mag ook wel hoor”!
[Maar natuurlijk wist ik weer es niks te verzinnen. In plaats daarvan knikte ik vriendelijk en wisselde van plaats met de vrouw. Nou ja, ik ben meestal minder assertief.]
Geef een reactie op Egbert Reactie annuleren