|
“Oprotten jij! Nee, wegwezen!” riep de zwerver op het bankje in het park tegen een evenzo haveloze man die tegenover hem stond. Hij maakte afwerende gebaren met zijn handen. Wij liepen door – het waren onze zaken tenslotte niet.
Terwijl we de zwanen oud brood voerden zagen we hoe de beide mannen mekaar met krukken belaagden. Even later liepen we weer terug. De staande man was nu naast de zwerver gaan zitten. De krukken stonden ernaast, tegen het bankje, geparkeerd.
“Je komt er niet meer in, hoor je!” zei de zwerver. “En waag het niet meer om ’s nachts om half twee aan te bellen!”
[Het liefst was ik blijven staan luisteren. Maar ja, het zijn onze zaken niet, zei ik al. En bovendien leken die krukken me levensgevaarlijk.]
Plaats een reactie