|
“Zal ik het wel vragen?” twijfelde ik. “Misschien moest ie wel naar de reclassering? Daar zal ie niet trots op zijn.” Brrrr haalde zijn schouders op.
Ik had Rachid bij me in de trein zien stappen. En in Deventer er weer uit.
Rachid, die Marokkaanse ober van ons lievelingsrestaurant, zou ook naar een opleidingsinstituut kunnen zijn gegaan, bedacht ik me. Ik vond dat een beter beeld, zo’n allochtoon die toch nog probeert wat bij te leren.
En toen we eergisteren weer aten in de tuin van het restaurant sprak ik hem toch aan op onze gezamenlijke treinreis. Hij glimlachte.
“Ik moest overstappen naar Apeldoorn.” vertelde hij. “Daar loop ik stage bij de Belastingdienst.” ging hij verder. “En straks hoop ik mijn universitaire studie af te maken.”
Mijn mond viel open. Mijn hoofd werd rood en warm. De jongen zag het en lachtte.
[Wat heb je nou aan clichés, als niemand er zich aan houdt?]
Plaats een reactie