|
Collega M schrok toen ze hoorde over de aanslagen, gisteren, in Londen. Ze werd boos.
“Snap je nou dat ik bang ben voor die baardapen?” viel ze uit. Haar ogen spuwden vuur. Ze keek weer op haar beeldscherm. Driftiger dan nodig tikte ze een tekst.
“En dan zeggen ze, dat ik niet bang hoef te zijn.” foeterde ze door. “Jij bent Marokkaanse, zeggen ze. Jij bent moslima. Jou pakken ze niet.” Ze schoof het toetsenbord opzij. “Alsof niet alle slachtoffers onschuldig waren!”
Ze zucht.
“Nou gaat het de komende tijd weer alleen maar over de islam en buitenlanders.” Ze pakte het toetsenbord terug. “En ik moet me weer verdedigen.”
M tikte een paar letters.
“Stelletje baardapen.” spoog ze.
[Toen ik de trein instapte, even later, was nog niet alles bekend. Een groepje scholieren had het over de aanslagen.
“Het stelt weinig voor.” zei een meisje verveeld. “Er zijn maar twee doden.”
Gelukkig voor haar is dat aantal inmiddels opgelopen.]
Geef een reactie op peer Reactie annuleren